Kuifje 4 – De Sigaren van de Farao
Kuifje 3 – De Sigaren van de Farao is het vierde album uit de reeks Kuifje-strips van tekenaar Hergé. In dit verhaal onderzoekt Kuifje een opiumbende en reist daarvoor naar het Midden-Oosten en Zuid-Azië. Het verhaal gaat verder in het volgende album, de Blauwe Lotus, dat zich afspeelt in China. Het album is oorspronkelijk verschenen in 1934 in Le Petit Vintieme, de jeugdbijlage van de Belgische krant Le Vingtieme Siecle en was oorspronkelijk gedrukt in zwart-wit. Pas in 1955 is het album ingekleurd en naar het Nederlands vertaald.
Leuke weetjes
In de eerste versie van het verhaal kwam Kuifje tijdens zijn tocht door de onderaardse gangen een veelvoud aan angstaanjagende fauna tegen zoals cobra’s en krokodillen. Deze beelden hebben de herziene versie niet gehaald omdat ze te eng bevonden werden voor een jong publiek.
De naam van de tweede gemummificeerde egyptoloog op de cover is genaamd E.P. Jacobini, wat natuurlijk verwijst naar Edgar P. Jacobs, de maker van Blake en Mortimer
De tweede gemummificeerde egyptoloog van rechts op de omslag heet E.P. Jacobini, een verwijzing naar Edgar P. Jacobs, assistent en goede vriend van Hergé en daarnaast auteur van Blake en Mortimer. Bij een andere mummie staat het bordje Lord Carnaval, een verwijzing naar Lord Carnavon, de geldschieter van de opgravingen die leidden tot de ontdekking van Toetanchamon door Howard Carter.